Van Bologna – San Benedetto Val di Sambro in een Fiat500. Op zoek naar koffie en ijs namen we een afslag die drie kilometer een binnenweg volgde, hoger de bergen in. De eerste kilometermeter lag er nog asfalt, daarna niet meer en werd de weg steeds slechter.
Wat is het punt waarop je gaat omdraaien? Is dat op het moment dat weg niet meer verhard is, de kuilen steeds dieper en gevuld met water zijn, of als de bochten steeds scherper worden en dichter bij de klif komen? Na elke bocht dachten we, dan kan dit stukje óók nog wel. En bij de laatste kilometer sloegen we een bocht om, meer het bos in, er lag een tak op de weg. Bij een verkenning te voet zagen we, na déze bocht is de weg weg. Omgedraaid en teruggegaan.
Het appartement in San Benedetto Val di Sambro was geweldig, we sliepen in een grote boerderij met veel geiten en kippen. In de streek hebben we sowieso veel grote kippenrennen gezien, waar lobberige labradors verrassend snel meerennen met wandelaars die voorbij komen. De honden zijn tegen de vossen denk ik. De hokken worden gemaakt van restmateriaal, vooral bedbodems. In de namiddag wandelen we nog een stukje van Via Degli Dei (de wandelroute tussen Bologna en Florence.)